Drieluik met Maria met Kind en Augustijn van Teylingen en Judoca van Egmond, ca. 1515

Middenpaneel 42 x 32 cm, zijluiken elk 50 x 17 cm
Berlijn, Staatliche Museen, Gemäldegalerie

Het middenpaneel van dit triptiek toont Maria zittend met op haar rechterarm het Christuskind. Voor haar staat een tafel met een mand met kersen. Het kleed op deze tafel is ook afgebeeld op het portret van Isabella van Denemarken. Links en rechts van Maria zijn musicerende engelen te zien. Op de zijluiken zijn de gebedsportretten van een man en een vrouw afgebeeld. Op het linkerluik zit Augustijn van Teylingen (ca. 1475-1533). Naast hem staat zijn naamheilige Augustinus, die herkenbaar is aan zijn bisschopsgewaad en het met een pijl doorboord hart, dat hij in zijn hand houdt. Augustijn van Teylingen was burgemeester van Alkmaar. Op het linkerzijluik zit zijn echtgenote Judoca van Egmond van de Nijenburg, met de heilige Barbara.

Als het drieluik gesloten is, ziet men op de beide buitenluiken links een afbeelding van Sint-Anna-te-Drieën en rechts een afbeelding van de heilige Elisabeth van Thüringen.

In dit triptiek heeft Jacob Cornelisz. van Oostsanen in tegenstelling tot andere werken uit dezelfde periode, geen renaissance-ornamenten verwerkt. De heiligen op deze buitenluiken zijn afgebeeld in gotische nissen. Misschien volgde Jacob in dit schilderij de conservatievere smaak van zijn opdrachtgevers.

Literatuur

Meuwissen 2014, cat. 26